Vlas
OverzichtVlas (gebleekt / geverfd) kort - Hollandwool
Deze vlas komt uit Ierland. De vlas is water geroot, gehekeld en gekamd.
Het wordt voornamelijk gebruikt om mee te spinnen.
Vlas lont is verkrijgbaar per:
- 500gr (gebleekt of geverfd) = € 19,25
- Ecru, 650 gram = € 21,50
- Ecru, 1000 gram = € 27,50
Vezelvlas wordt geteeld om de vezel. De vlasplant wordt met wortel en al uit de grond getrokken om een zo lang mogelijke vezel te behouden. Vroeger gebeurde dit met de hand en werd het vlas in schoven gezet. Dit gaf het typische beeld van de "vlaskapelletjes": kleine bosjes drogend vlas. Tegenwoordig gebeurt het trekken meestal machinaal en wordt het vlas plat op de grond gelegd, een bewerking die in het vakjargon slijten wordt genoemd.
Dat het vlas niet onmiddellijk van het veld wordt verwijderd heeft te maken met het roten. Door dit proces wordt de pectine die het lint bindt aan de vezel verwijderd. Dit heet dauwroten. Het vlas wordt dus terug plat op de akker gelegd en moet gekeerd worden, om een egale roting te verkrijgen.
In de oude situatie werd het vlas niet op het veld gedauwroot. Het ongerepelde vlas werd opgeslagen in grote vlasschuren. Daarna werd het gerepeld. Bij het repelen wordt de zaadbol van de stengel verwijderd. Voor het verwijderen van de bast moet het vlas daarna geroot worden. Vroeger gebeurde dat in de rivier en/of vennen. Later werd het rootproces ook uitgevoerd in grote betonnen bakken met meestal een inhoud van 100 kubieke meter. Daarin werd het vlas 100 uur in water van 100 graden Fahrenheit (37,8 °C) ondergedompeld. Dit proces leverde de mooiste kwaliteit linnen op. Sinds 1968 is deze wijze van werken snel teruggelopen door de concurrentie uit onder andere Rusland.
Tegenwoordig gebeurt het roten op het veld (dauwroten). Door het gerote vlas op machinale wijze te braken en te zwingelen (hout uit de vezel verwijderen) komt de zachte vezel vrij (lange vezel). Het overschot noemt men klodde. Deze worden dan voor verdere verwerking geperst in balen. De stukjes kern (houtpijp) worden scheven genoemd. Deze scheven worden (als toevoeging) gebruikt in meubelplaten, bouwplaten en isolatiemateriaal. Bij het zuiveren van de scheven komt nog wat vlasvezel vrij (korte vezel) dat samen met lompen wordt vermalen tot grondstof voor de papierfabricage. Hier wordt oud-Hollands papier, bankpapier of sigarettenpapier van gemaakt. Ook kan het verwerkt worden in isolatiemateriaal en producten voor vormdelen in auto's. Er komen steeds nieuwe toepassingen bij, zoals de hybride vlasvezel-carbonfiets of hechtdraad in de chirurgie.
Na het zwingelen wordt de vlas gehekeld. Hierbij worden de vezels tot hekelband gemengd. De lange vlasvezels worden gekaard en gekamd om ze geschikt te maken voor het spinnen van fijne garens. Het vlasgaren wordt geweven tot doek en na bleking geeft dit het gebleekte linnen. De hekelsnuit, de kamresten en de andere korte vezels worden gekaard waarbij alle vezels in dezelfde richting komen te liggen en gesponnen tot lokkengaren, grove draden (vlastouw, werk of etoupe). De korte vezels, hede genaamd, worden ook gebruikt voor de productie van touw dat door twijnen of slaan verkregen wordt.
Op de vlasplant zitten evenveel korte als lange vezels, welke tegenwoordig ook droog gesponnen tot middelmatig fijne garens kunnen worden verwerkt of door middel van cotonisatie (verder ontbinden van de vezels door chemicaliën) of versnijden op katoenmachines goedkoop kunnen worden gesponnen.
De fijnste lange vezels worden op natspinmachines (de lont loopt hier via warm water) tot uiterst fijne garens gesponnen die door het gebruikte water zoveel cohesie hebben gekregen, dat ze weinig uitstekende vezels hebben en meteen geschikt zijn om als ketting te worden gebruikt (zonder eerst gelijmd (gesterkt) te worden). Dit maakte het vlasgaren lang een ideaal kettinggaren tegenover katoen, dat in enkeldraads steeds gesterkt moet worden.
Tot in de achttiende eeuw was de vlasvezel in Europa naast wol de belangrijkste grondstof voor textiel, maar in de negentiende eeuw is hij als zodanig verdrongen door katoen. De teelt kan zich nu alleen nog staande houden met behulp van subsidies. (bron Wikipedia)